De streepjescode, waar komt hij vandaan?

De streepjescode is uitgevonden door Norman Woodland en Bernard Silver. Zij vonden het belangrijk om eenvoudige coderingen te hebben om bepaalde gegevens automatisch te verwerken. De streepjescode kan gezien worden als opvolger van de ponskaart. In 1973 werd de universal product code samengesteld. De code bestaat er voor verschillende landen. Zo heb je een Amerikaanse, een Europese, een Chinese en een Japanse Universal Product Code. Oorspronkelijk werd code alleen toegepast voor China en Japan. De code werd later uitgebreid met een gecodeerd regiocijfer zodat de oorspronkelijke code behouden kon worden.

De streepjescodes worden voor heel verschillende dingen gebruikt. Voor veel toepassingen is een aparte codeermethode in gebruik. Deze methodes kan je tegenwoordig allemaal printen met een hot foil printer. Je kan hiervoor ook een ander soort printer gebruiken. Dit is de kabel printer. De streepjescodes werden in het begin vooral gebruikt op plaatsen waar met een divers en groot aantal producten werd gewerkt. Hier deden de eerste streepjescodes hun intrede. Denk hierbij voornamelijk aan supermarkten. Ook in ziekenhuislaboratoria wordt er veelvuldig gewerkt met streepjescodes om alles netjes te registreren. Tegenwoordig zie je streepjescodes overal terug. In parkeergarages gebruikt de automaat een streepjescode om te berekenen wat jij moet betalen en de slagboom voor je te openen. Zelfs je bagage krijgt op het vliegveld een streepjescode die aangeeft waar de bagage naartoe moet. De bagage achtervolgt je zelfs bij een overstap, dit komt allemaal door die ene kleine barcode.

Ja, het leven zou een stuk minder gemakkelijk zijn zonder die paar zwarte streepjes op dat witte achtergrond. Bij de supermarkt zouden wij met zijn allen een stuk langer bezig zijn omdat we helemaal geen streepjescodes zouden kunnen scannen. Parkeergarages zouden we niet meer uitkomen omdat we niet zouden weten hoe die slagboom open moet. We zouden de verkeerde bloedgroepen bloed krijgen omdat de buisjes in het laboratorium niet gelabeld zijn met een streepjescode. Zonder die paar streepjes geen bestaan.